De Zuiderfrontier

De Zuiderwaterlinie is het Brabantse gedeelte van de Zuiderfrontier. De beroemde vestingbouwer Menno van Coehoorn ontwierp het concept van de Zuiderfrontier in 1697. Een verdedigingswerk mét en tegen het water. Uniek in de wereld!

Slimme verdedigingslinie

De verdedigingswerken onder de rivieren waren aan het einde van de Tachtigjarige Oorlog (1648) zwaar verwaarloosd. Nieuwe vijanden rammelden aan de poorten: de Fransen. Lodewijk XIV voerde een reeks oorlogen tegen Holland, het economische hart van de Republiek. Tijd voor actie! Van Coehoorn bedacht een stelsel van linies, van Zeeuws-Vlaanderen tot in Groningen. Hij versterkte oude vestingsteden en verbond bestaande onderdelen met nieuwe verdedigingswerken. Tussen de forten en vestingen gebruikte hij ook de dieperliggende gebieden. Met dijken en sluizen kon dat landschap gecontroleerd onder water gezet worden om de vijand tegen te houden (inundatie).

Oosterfrontier en Zuiderfrontier

Grofweg bestond het indrukwekkende stelsel van Coehoorn uit twee delen: de Oosterfrontier (van Groningen tot Nijmegen) en de Zuiderfrontier (van Sluis tot Nijmegen). Doordat dit Zuiderfrontier langs de bovengrens van Brabant liep, werd het de scheidslijn tussen Holland en Noord-Brabant. Brabant was wel onderdeel van de Republiek, maar had geen stemrecht in het inzetten van waterlinie. Dit versterkte de culturele grens van de Zuiderfrontier die je tot op de dag van vandaag kunt herkennen. De grens van boven en onder de rivieren, van harde en zachte -g, van patat en friet. Toen van protestanten en katholieken, nu van René Froger en Guus Meeuwis. De sporen ervan zijn nog steeds zichtbaar in het landschap. Soms duidelijk, soms moet je nét even wat beter kijken.

Zichtbare sporen

De bewaard gebleven verdedigingswerken vertellen het verhaal van Brabant; de provincie als speelbal tussen de Republiek en haar vijanden. Ook sporen uit de tijd daarna zijn zichtbaar: nieuwe vestingwerken van Napoleon, van koning Willem I en de verbeterde vestingen uit de Vestingwet 1874. Die nieuwe werken horen niet bij de linies uit de Tachtigjarige Oorlog en niet bij de historische Zuiderfrontier. Ze zijn wél onderdeel van de Brabantse waterliniegeschiedenis. Ze horen dus óók bij de Brabantse waterliniegeschiedenis en we rekenen ze tot wat we nu onder de Zuiderwaterlinie verstaan. 

Duik in de geschiedenis