Terugblik atelier Heusden 8 september 2023

Tijdens het tweede atelier in het kader van Menno’s Reis waren de deelnemers te gast in de Gildezaal van museum Het Gouverneurshuis. Op deze warme dag in Heusden vonden de werksessies in de schaduwrijke tuin van het museum plaats. Een gemêleerde groep bestaande uit inwoners uit de stad en gemeente Heusden, beleidsmakers, de wethouder cultuur, en erfgoed- en landschapsexperts bespraken daar hun ideeën over hoe de erfenis van Menno van Coehoorn en zijn Zuiderwaterlinie een rol kunnen spelen in vraagstukken die nu en in de toekomst zullen spelen op het gebied van water, natuur en klimaat.

De experts die het atelier en de werksessies ondersteunden, waren gespreksleider Lucas Zoutendijk van Studio 1:1, Hans van Engen (landschapsarchitect bij de Provincie Noord-Brabant), Jos Cuijpers (Zuiderwaterlinie-historicus) en John Jansen (beleidsadviseur bij Waterschap Aa en Maas). Demian Albers vertegenwoordigde kunstenaarscollectief Studio APVIS, de breinen achter het reizende kunstwerk van Menno’s Reis. De impressies en interviews die zijn afgenomen tijdens elk atelier, worden verwerkt in het kunstwerk. Het kunstwerk blijft dus groeien tot het eindpunt Bergen op Zoom is bereikt. De resultaten van de ateliers worden ook aangeboden aan de deelnemende gemeenten, en dienen als belangrijke bron bij het vervolg van het project Menno’s Reis in 2024. 

De belangrijkste besproken punten van het atelier in Heusden lees je hieronder.

Water
“Jammer dat de werksessies zo snel moesten wisselen, in elke groep was er telkens een geanimeerd gesprek”, vertelt begeleidend expert John Jansen. Eén van de inzichten die uit deze gesprekken zijn verkregen, was dat men bij de omgang met water ook moet kijken naar de omgang met bebouwing en (natuurlijke) hoogteverschillen. Om daar meer grip op te krijgen kan er inspiratie worden gehaald uit het verleden. In de oude gebieden van de Zuiderwaterlinie ontstond bijvoorbeeld een levendige biezenindustrie, die het landschap eveneens veranderde. Bij nieuw beleid moet er lef worden getoond en mag er buiten de lijntjes worden gekleurd. Er moet zeker rekening worden gehouden met bestaande woningen en industriegebieden, maar het grote verband is leidend in hoe watersystemen kunnen worden ingericht in het landschap – net als bij de bouw van de Zuiderwaterlinie het geval was. De Zuiderwaterlinie is sowieso een grote inspiratiebron: het inzien van overkoepelende verbanden, het vernuft en het lef, die aspecten moeten experts vandaag de dag weer aanwenden. Het is ook belangrijk om anderen bewust te maken van de rol van water en de urgentie ervan voor hedendaagse opgaven. Er moet draagvlak voor komen, niet alleen bij mensen die langs de Zuiderwaterlinie wonen, maar ook in bredere zin.

Natuur
Het water en landschap van Noord-Brabant zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden, legt begeleidend expert Hans van Engen uit. Kijk maar naar het Zuiderwaterlinie-landschap: de Naad van Brabant (de overgang van de hoger gelegen zandgronden naar de lagergelegen kleipolders), de hoofdlijnen van vervoer en de beslotenheid versus de openheid van het landschap zijn daar in vertegenwoordigd. De Zuiderwaterlinie is een verbinding van verschillende watersystemen – van overlaten en rivieren tot dijken en inundatiegebieden – die het landschap hebben vormgegeven. Met name de overlaten zijn een typisch verschijnsel voor de regio Heusden. Daar kan op worden voortgebouwd: de waterberging die wordt gestimuleerd in deze overlaten, eens een onderdeel van de Zuiderwaterlinie, kan nu helpen om de biodiversiteit te laten toenemen. Er zijn al goede voorbeelden te geven, zoals de activiteiten rondom Fort Hedikhuizen. Er moeten goede afspraken worden gemaakt over belangrijke verkeersaders als de A59 die, niet geheel toevallig, langs de Zuiderwaterlinie lopen en de verstedelijking die daarmee gepaard gaat. Het formuleren van spelregels voor landschapsinrichting moet bijdragen aan een duurzame toekomst. Oude vestingwallen kunnen bijvoorbeeld ook bewaard worden zonder ze te maaien, wat de biodiversiteit van bloemen en insecten ten goede komt.

Erfgoed
Begeleidend expert Jos Cuijpers begint zijn samenvatting met het feit dat de Zuiderwaterlinie niet zomaar uit de lucht is komen vallen. De linie heeft zijn bron van bestaan te danken aan het Brabantse landschap. Menno van Coehoorn keek bij het maken van zijn plannen heel goed naar wat Brabant te bieden had: niet alleen de vestingsteden maar ook natuurlijke waterwegen en hoogteverschillen die hij kon gebruiken. De Zuiderwaterlinie is dus niet alleen het resultaat van menselijk vernuft. Educatie over deze verbinding is van belang: het gaat hierbij niet alleen om de materiële kant van het erfgoed, maar ook om de verhalen achter de overblijfselen van het verleden. Daarnaast moet er meer worden gekeken naar onbekende zaken, zoals hoe de sluisjes uit de regio Heusden zich verhouden tot het grotere geheel van de Zuiderwaterlinie. Het is de taak van erfgoeddeskundigen en andere experts om mensen te laten inzien dat hun regio, hun achtertuinen zelfs, verbonden is met de hele Zuiderwaterlinie. Tot slot zou het erfgoed van de Zuiderwaterlinie ook meer integraal in de visies van beleidsmakers moeten worden opgenomen. Kunst en erfgoed kunnen namelijk verbonden worden aan thema’s als landschap en klimaat, waar al inspirerende voorbeelden van te vinden zijn in heel Brabant.

Dank aan alle deelnemers voor hun input en ideeën, dank aan de medewerkers van het Gouverneurshuis voor de gastvrijheid en dank aan Lucas Zoutendijk en de experts voor hun begeleiding.

Ook meedoen aan de ateliers? De volgende vindt plaats in Breda op 29 september van 15:00 tot 17:00 (inloop 14:30), in het Filmhuis (Keizerstraat 19F). Aanmelden kan door een mail te sturen aan Rianne Walet – r.walet@zuiderwaterlinie.nl