De Lambertustoren

‘Als torens en muren die opdoemen uit zee’

Als Frederik Hendrik in Vught op de Lambertustoren klom, 40 meter hoog, dan had hij, licht hijgend, een goed uitzicht. Hij zag de verdedigingslinie, de Pettelaarse Schans, Fort Anthonie, Fort Isabella, de Piekenpoort, de Sint Jan én de stad 's-Hertogenbosch. Zo hield hij het beleg in de gaten.

 

Een bevreemdend uitzicht

Het was vast een vreemd gezicht, vanaf die toren: ’s-Hertogenbosch in het water. “Als torens en muren die opdoemen uit de schoot van een ruime zee, als een vloot schepen op het water in plaats van een stad op het vlakke land”, schreef Daniel Heinsius. De Lambertuskerk, waar de toren bij hoorde, is de oudste kerk van Vught. Tijdens een aanval van Prins Maurits op 's-Hertogenbosch (in 1603) verwoestte een brand het middenschip van de kerk. Toch zag Frederik Hendrik als hij naar beneden keek, een complete kerk. Tijdens het Twaalfjarig Bestand, was het middenschip namelijk weer opgebouwd.

Afbreken en opnieuw beginnen

Toen Frederik Hendrik ’s-Hertogenbosch veroverde, maakte hij de kerk protestants. Veel later, in 1821, werden de restanten van het lagere middenschip afgebroken. Daardoor kwam de toren los te staan van de kerk. Vind je het leuk om al die geschiedenis van grote hoogte te beleven? Dat kan tijdens Open Monumentendag. Dan kun je de Lambertustoren beklimmen.

Volg de fietsroute
Onderdeel van Linie 1629

Lodewijk XIV in Vught

De Nederlandse Republiek en daarmee ook Brabant beleefde in 1672 het Rampjaar. Vanuit het zuiden werd de Republiek aangevallen door Frankrijk. Land werd ter verdediging onder water gezet, linies werden opgeworpen en Brabantse steden vielen ten prooi aan plundering en verovering. Ook Vught speelt een belangrijke rol in deze geschiedenis. Het dorp had één van de hoofdrolspelers van die oorlog als ongenode gast over de vloer: de Franse koning Lodewijk XIV, beter bekend als de Zonnekoning. Hij was op 12 juni 1672 Nederland binnengevallen met een enorm leger en rukte snel op door Brabant.

Een belangrijke stad om te veroveren was Den Bosch. Wie deze stad in handen had, controleerde een groot een strategisch gebied. Geen wonder dus dat Lodewijk XIV zijn oog op Den Bosch had laten vallen. Om zijn strategie te bepalen, streek de Zonnekoning neer in Vught en beklom hij, waarschijnlijk op 23 juli 1672, de St. Lambertustoren. Vanaf de toren had Lodewijk XIV een breed uitzicht op Den Bosch, maar het beeld zal hem niet hebben bevallen. Den Bosch deed haar bijnaam, de Moerasdraak, eer aan en had de gebieden om de stad onder water gezet. Voor een leger zou het dan heel lastig worden om de stad te belegeren. Lodewijk XIV concludeerde dat hij de verovering van Den Bosch aan zich voorbij moest laten gaan… tant pis pour le Roi.

Hoeveel is er nu waar van dit verhaal? Er zijn krantenberichten uit die tijd, maar er is geen hard bewijs dat Lodewijk XIV echt in Vught de toren heeft beklommen. Het is wel heel waarschijnlijk: oorlogsvoering was één van de belangrijkste bezigheden van de monarch en de bestudering van vestingwerken als die in Den Bosch hoorde daarbij. De St. Lambertustoren staat nog altijd fier overeind in Vught. Wanneer de deuren van de St. Lambertustoren zijn geopend op speciale momenten kunnen bezoekers zich in elk geval in de voetsporen van Lodewijk XIV wanen!
 

Onderdeel van Linie 1629

Ontdek in de buurt